Knuffelen belangrijker dan gedacht

Knuffelen doet een mens goed en dat hebben we te danken aan het hormoon oxytocine. Niet voor niets wordt het ook wel het knuffelhormoon genoemd. Al in 1906 zagen wetenschappers hoe onze hersenen door aanraking en sociale interactie oxytocine aanmaken.

Later werd hierover steeds meer ontdekt. Zo is het hormoon oxytocine belangrijk om een emotionele band met iemand te krijgen en onmisbaar bij het baren en borstvoeden van kinderen. Het hormoon zorgt ervoor dat weeën worden opgewekt voor een bevalling. Vanaf de geboorte draagt het bij aan de hechting tussen moeder en kind en zorgt het samen met het andere hormoon prolactine voor de toeschietreflex die nodig is voor het geven van borstvoeding.

Cruciale rol

Onderzoekers van het Weizmann Institute of Science ontdekten dat oxytocine al veel eerder dan tijdens de bevalling cruciaal is. Zij concluderen dat het hormoon essentieel is voor de hersenontwikkeling van een embryo, omdat het een rol speelt bij de vorming van bloedvaten in de hypofyse.

Instinct

Zowel vrouwen als mannen maken oxytocine aan. Het hormoon zorgt ervoor dat we ons als soort voortplanten. Omdat het een stof is waardoor we ons goed voelen, kan oxytocine gezien worden als een beloning van ons brein. We worden beloond om met anderen samen te zijn. Dit zorgt ervoor dat we sociale wezens zijn en verklaart waarom eenzaamheid ons ziek maakt.

Het vrijkomen van oxytocine staat in verband met iemands vermogen om betekenisvolle relaties op te bouwen. Het knuffelen van je kind is een oeroud, natuurlijk instinct dat zowel de ouder als het kind een goed gevoel geeft. Daarbij vormt het de basis van ons emotionele en lichamelijke welzijn.