Heb jij ook een plurale carrière?

Lisette Weber-Ziere 19 mei 2018 Samenleving

‘Wat doe jij voor je werk?’ Het is een van de meest gestelde vragen als we iemand voor het eerst ontmoeten. Vroeger was het antwoord gemakkelijk. Iemand was leraar, postbode, dokter of advocaat. Maar tegenwoordig is dat antwoord anders. Niet alleen zijn er allerlei vage beroepsomschrijvingen bij gekomen, mensen hebben inmiddels twee over meer banen.

Iemand is bijvoorbeeld vinoloog en accountant of saxophonist en stratenmaker. Niet lang geleden ontmoette ik een auteur, jurist, violist en schoenenverkoopster. Dit fenomeen maakt ruimte voor een nieuwe loopbaanterm: plurale carrière. Het zijn de mensen die hun werkende leven invullen met wat ze leuk vinden, waar ze zich voldaan van voelen en niet per sé waar ze het meeste mee verdienen. Toch is dat pad niet zonder hobbels en kuilen.

Toen Sherry Moss en haar collega’s onderzoek deden naar de problemen die deze mensen moeten oplossen, verwachtten ze dat ze vooral logistieke problemen zouden hebben. Wanneer neem je de tijd voor de ene verantwoordelijkheid en wanneer de andere? Verschillende werkgevers maken immers verschillende roosters. Maar in werkelijkheid hadden deze mensen een heel ander probleem: de verschillende banen inpassen in hun identiteit. Een belastingadviseur is iemand anders dan een buikdanseres, toch?

Je beroep ligt vaak in de kern van wie je bent, van je identiteit. Als we jaren hebben besteed aan het volgen van een opleiding, het opdoen van werkervaring in een bepaald veld en het verwerven van vaardigheden, is het logisch dat dat onze persoonlijkheid vormt. Wanneer een passie je in een totaal andere richting trekt, kan dat je uitdagen nog eens te kijken naar wie je écht bent. Zowel sociaal als in ons binnenste. Als daarna ook familie en vrienden zich hier mee bemoeien, wordt die uitdaging alleen maar groter. Ook collega’s kunnen de plurale carrière niet altijd waarderen. Zij vinden hen verstrooid, te weinig toegewijd en beschuldigen hen soms zelfs van ‘carrière ADHD’.

Maar diegenen met een plurale carrière zien dat anders. Zij menen dat als zij zich zouden toeleggen op één werkveld, ze hun andere talenten en passies (die net zo belangrijk zijn) zouden verwaarlozen. Honderd procent inzet op iets dat maar vijftig procent van de identiteit is, betekent dat ze zich nooit helemaal vervult zullen voelen. Om toch dat gevoel van authenticiteit te behouden, is er synchronisatie. Daarbij worden er grenzen gesteld en wordt geregeld dat er voldoende tijd is, specifiek voor elke rol. Dat is belangrijk om zelfvertrouwen en een gevoel van legitimiteit in het werk te hebben. Zonder die grenzen ligt ‘multitasken’ op de loer. Een skill die bijna niemand écht beheerst.

Volgens onderzoekster Moss is het tijd om terug te gaan naar de tijd van de Renaissance. In die tijd had bijna iedereen een plurale carrière. Neem Leonardo Da Vinci. Beeldhouwer, uitvinder, astronoom, arts en nog veel meer. Misschien was hij ook een ‘carrière ADHD’er’, maar elk van zijn passies vervulde hem als mens. Misschien is het tijd dat we gaan erkennen dat er niets slechts is aan het nastreven van meerdere passies? Misschien is onze focus op het hebben van één werk-identititeit juist wel wat ons weerhoudt van het vervullen van onze potentie?

Lisette Weber-Ziere

Lisette Weber-Ziere

In het dagelijks leven getrouwd met Sven en moeder van een dochter (Sophie, 7 jaar)....

Meer over Lisette Weber-Ziere >

Reacties

2 reacties op “Heb jij ook een plurale carrière?”

  1. Al jaren heb ik wat nu dan ‘plurale carrière’ heet: ik ben actief op de financiele markten (en voorheen carrière in bedrijfsleven op gebied van marketing), ben kunstenares en aura reader. Inderdaad vaak verbaasde en onbegrijpelijke blikken over hoe je dat in 1 persoon verenigt. Zelf vind ik het enorm verrijkend om al deze verschillende dingen te doen, de diverse talenten in jezelf te ontwikkelen en voortdurend te leren.

  2. ik herken dit erg en ook de stress die het inpassen van verschillende beroepen in mijn leven met zich mee brengt. Wie ben ik nou echt? Ik studeerde politicologie, deed onderzoek in de onderwijskunde, werkte als project manager en kennismanager en nu ben ik een multi-inzetbare camping medewerker (en hopelijk binnenkort camping eigenaar). Daarnaast schrijf ik blogs en een boek en beoordeel ik subsidie aanvragen…. En wat past er nou echt bij mij? Is een camping hebben wel ‘goed’ genoeg voor iemand met een universitaire diploma? Inmiddels ben ik zo ver te zeggen, het past allemaal en hopelijk nog veel meer!

Geef een reactie