The Optimist
The Optimist is een onafhankelijk opinietijdschrift over mensen en ideeën die de wereld veranderen.
De Radboud Universiteit meldt in een persbericht dat zij een nieuwe zogeheten ‘invasiebioloog’ hebben. Rob Leuven vertelde op 7 september jl. tijdens zijn inaugurele rede ‘Over grenzen van soorten’ dat Nederland op dit moment de meeste invasieve exoten ter wereld heeft. Dit zijn planten die niet van nature in Nederland voorkomen maar per ongeluk of expres zijn meegenomen uit andere werelddelen en hier vervolgens de inheemse natuur verdringen.
Door klimaatverandering en verdergaande globalisering van handel en vervoer is er een snelle toename van schadelijke exoten in Nederland. De daarbovenop zeer moeilijke beheersbaarheid van veel probleemsoorten maakt het volgens Rob Leuven duidelijk dat (inter)nationale, regionale en lokale coördinatie en afstemming van maatregelen nodig zijn.
Hij pleit voor een deltaplan om de Nederlandse natuur te beschermen. ‘Een deltaplan is hoognodig om de stijgende maatschappelijke kosten, risico’s voor volksgezondheid en de ongewenste milieueffecten van gevaarlijke exoten te beteugelen’, aldus de eerste hoogleraar Invasiebiologie aan een Nederlandse universiteit.
Nationale lijst van risicovolle exoten
Kernpunt van het voorstel van Rob Leuven is het opstellen van een nationale lijst van risicovolle exoten voor natuur, milieu, economie en volksgezondheid. Er bestaat een Europese exotenverordening, maar veel invasieve soorten kunnen daarmee (nog) niet worden geweerd of beheerd. Deze exoten zijn bijvoorbeeld elders in Europa inheems, zoals zwartbekgrondels en Ponto-Kaspische vlokreeften, of veroorzaken alleen nog in ons land of enkele EU landen ecologische schade, zoals de Chinese moerasslak. Voor de aanpak van deze exoten is dus een nationale lijst met schadelijke exoten nodig in aanvulling op de bestaande ‘Unielijst’ met 49 invasieve soorten van EU belang.
‘Exotenvrij’-verklaring
Leuven is voorstander van het invoeren van een landelijk verplichte ‘exotenvrij’-verklaring bij grondverzet, grondtransacties en de inzet van beheermachines. Dat beperkt snelle en verdere verspreiding van probleemsoorten zoals Aziatische duizendknopen, Reuzenbalsemien en grote waternavel. Bovendien beveelt hij aan dat alle gemeenten en waterbeheerders samen met (particuliere) terreinbeheerders gebiedsgerichte plannen van aanpak voor schadelijke exoten opstellen.
Hij pleit voor meer burgerwetenschap (zogenaamde ‘citizen science’) en participatief milieubeheer om kosten voor monitoring en beheer van exoten te verminderen. Maar dat vraagt wel om financiële middelen voor bijvoorbeeld professionele coördinatie, scholing en begeleiding van vrijwilligers. Tevens is uitbreiding van (overheid)financiering nodig voor wetenschappelijk onderzoek en onderwijs over risico’s en beheer van exoten. Biologische invasies bieden uitgelezen kansen voor kennisontwikkeling over bijvoorbeeld snelle evolutionaire aanpassingen van soorten, en kosteneffectieve bestrijdingsmethoden. Zulke kennis is niet alleen wetenschappelijk relevant, maar ook dringend nodig voor de ontwikkeling van innovatieve bestrijding en maatregelen om ongewenste effecten en toenemende kosten van invasieve exoten in te dammen.
Schrijf je gratis in voor onze PositiefNieuwsBrief (1 tot 3 e-mails per week). Uitschrijven kun je ieder moment door op de unsubscribe-link te klikken die onderaan iedere mailing staat.
Reacties