‘Ik denk dat ik er nu aan toe ben mezelf tegen te komen’

The Optimist 18 dec 2024 Zingeving

‘Ik wil dit al heel lang. Maar durfde het niet. Nu is het zo ver. Ik denk dat ik er nu klaar voor ben,’ laat een deelnemer me weten bij aanvang van een stilteweekend in een klooster. Ik vraag: ‘Klaar voor wat?’ Dan is het antwoord na enige aarzeling: ‘Om mezelf tegen te komen.’

Dit is de meest gehoorde opmerking in de vijftien jaar dat ik retraites organiseer. Deelnemers zijn bang geconfronteerd te worden met zichzelf. Want dat is wat onherroepelijk gebeurt in de stilte.

Er zijn drie stadia. Eerst is er de ervaring van eindelijk “even niks”. De uiterlijke stilte, niks hoeven, een heel weekend voor jezelf. Rust. Een verademing vergeleken met de drukte van alle dag. Even ontsnappen aan de nimmer aflatende impulsen die via onze apparaten binnenkomen. Nog los van wat we in het “echte” leven voor onze kiezen krijgen. Je stapt een oase binnen. Een plek waar de stilte al eeuwen heerst. Een bedding waar communicatie niet via praten gaat. Da’s lekker.

Helaas duurt dat voor velen maar kort. Want al snel hoor je de herrie van binnen… het tweede stadium: ‘Okay, m’n bed is opgemaakt, tas uitgepakt… en nu? Wat zal ik doen? De boel verkennen?’ Automatisch grijpt je hand naar je smartphone. Je hebt het door en denkt: ‘Oh nee, dat mag niet. Wat dan? Of zal ik toch even m’n mails checken? Wel handig als ik dat alvast gedaan heb. Dan hoef ik dat zondagavond niet te doen? Nee, in de instructie stond beter van niet. Hoe lang is het eigenlijk tot het avondeten? Jee, zo lang nog! Waar was de eetzaal ook al weer? Hoe zal dat zijn… eten in stilte? Zal ik nog even gaan wandelen? Wat had Menno ook alweer gezegd welke richting het bos was? Wat hoor ik daar op de gang? Wel een saaie kamer hoor. Shit, heb ik de voordeur van mijn appartement wel op slot gedraaid? Rustig maar, laat het los, je kunt er toch niks meer aan doen. Of wel? Zal ik de buurvrouw even bellen? Nee, stel je niet aan, laat het gaan. Wat een stille bedoening hier, zeg. Hoe ga ik dit volhouden tot zondag? Toch maar even mijn mail checken?’ En zo ratelt het voort.

Dit ongemakkelijke stadium, tussen uiterlijke en innerlijke stilte in, duurt meestal even. Bij de meesten maximaal een dag. Het is een kwestie van verduren… toelaten… het laten zijn. Beetje bij beetje dwarrelt het neer. Als je uiteindelijk de interne herrie accepteert, glijd je in een gebied voorbij gedachten en emoties, voorbij impulsen. In dit derde stadium is het fijn vertoeven. Dan verwijl je in innerlijke stilte.

Stil is het daar niet. Er is geluid, er zijn gedachten en emoties, nog steeds oneindige prikkels, maar je bent ze niet. Je ervaart ze. Je bent als de blauwe hemel waarin wolken komen en gaan. Je bent de ruimte waarin alles geschiedt.

Aan het eind van de retraite spreek ik de deelnemer nog even kort.
‘En hoe was het?’
‘Fijn… ja, heerlijk eigenlijk. De rust. De ruimte. De helderheid. De eenvoud.’
‘En ben je jezelf nog tegengekomen?’

Dan zie ik de deelnemer schakelen. Vragende ogen kijken me aan. Beduusd is het antwoord:
‘Nee…’
‘Maar wie was hier dan dit weekend?’

Dan wordt het vraagteken nóg groter op het gezicht.

Even wachten…

En meestal valt het kwartje dan.
De frons maakt plaats voor een zachte glimlach.

Voor mij is dat het mooiste moment van het weekend. De realisatie dat er niets is om bang voor te zijn. Het besef dat jezelf tegenkomen een weldaad is. Het weten en ervaren dat je iets groters bent dan het angstige ikje. De bewustwording te kunnen zijn met alles wat is… ook met jezelf.

Menno Stom

Klik hier voor meer verhalen over stilte.

The Optimist

The Optimist

The Optimist is een onafhankelijk opinietijdschrift over mensen en ideeën die de wereld veranderen.

Meer over The Optimist >

Reacties

Geef een reactie