Even geleden viel nog in de kranten te lezen dat Nederlanders het allemaal steeds somberder inzien. Zo was in het tweede kwartaal van 2011 nog 32 procent van de bevolking optimistisch over de toekomst, in het derde kwartaal was dat nog maar 26 procent. (bron: SCP) Met alle sombere berichten om ons heen is het ook verleidelijk pessimistisch te zijn. Maar optimisme is, zeker in zware tijden, veel beter voor je: het kan bescherming bieden tegen depressiviteit en angststoornissen en kan de emotionele veerkracht vergroten. Optimisten hebben een betere lichamelijke gezondheid dan pessimisten en herstellen sneller van bijvoorbeeld een hartaandoening. Optimisme helpt om beter met stress om te gaan en heeft over het geheel genomen een positief effect op het immuunsysteem. Bovendien zoeken de meeste mensen graag het gezelschap van optimisten. Vergeleken met pessimisten hebben ze vaak meer vrienden en meestal een groter sociaal netwerk, wat weer bevorderlijk is voor de gezondheid. En optimisme is in de mens ingebouwd. Volgens Tali Sharot, als onderzoeker verbonden aan het Wellcome Trust Centre for Neuroimaging aan het University College in Londen, voldoet zelfs zo’n tachtig procent van de mensen aan de psychologische criteria voor optimisme, ongeacht leeftijd, ras, geslacht of cultuur. Ook al