
The Optimist
The Optimist is een onafhankelijk opinietijdschrift over mensen en ideeën die de wereld veranderen.
Een nieuw ‘stenen’ papier, ontwikkeld in Taiwan, wordt gemaakt van calciumcarbonaat in plaats van houtpulp. Dat bespaart bomen en energie. Bovenal betekent deze innovatie een paradigmaverschuiving in ons denken over recycling.
Door KARIN KLEIN
Het eerste wat ik opmerkte aan mijn nieuwe schrift, is dat mijn balpen moeiteloos over de pagina glijdt. De oppervlakte heeft de gladde textuur en het uiterlijk van het papier voor waterverfschilderijen dat ik als kind gebruikte. Oké, laat ik eerlijk zijn: het állereerste wat ik opmerkte, was dat het meer dan 20 dollar kostte. Best prijzig voor een notitieboekje.
Het tweede ding dus, is de ultrasoepele schrijfervaring. Ook een potlood beweegt moeiteloos over het oppervlak, en mijn gelpen vliegt over de pagina alsof hij bijna losgeslagen is. Bij nader onderzoek, wanneer ik een pagina uit het schrift trek, scheurt het in eerste instantie niet. Het stretcht en rimpelt op de scheurplek voordat het geruisloos breekt. De randen van de scheurplek zijn volledig glad. Als je het in water dompelt, dan blijft de inkt hetzelfde. Het papier droogt alsof het nooit in aanraking is geweest met enige vochtigheid.
Het echte verhaal achter dit schrijfschrift vind je echter onder zijn ietwat plastic uiterlijk. Dit is steenpapier, en het bestaat voornamelijk uit calciumcarbonaatpoeder: grondstof van krijt, zeeschelpen en eierenschalen. Strikt genomen is het dus helemaal geen papier, want dat is per definitie van hout of andere vezels gemaakt. Dit is een mineraal product, niet plantaardig. En volgens de producent en voorstanders is steenpapier ten minste een gedeeltelijk antwoord op veel van de milieuproblemen die de productie van pulpschrijfmaterialen veroorzaakt.
Verdwenen is de noodzaak om bomen te vellen. Vier miljard bomen per jaar, of een derde van alle gekapte bomen, worden in papier omgezet (overigens worden veel van deze bomen herplant in privébossen). Chloor is niet nodig om het witter te maken; calciumcarbonaat is zo wit van zichzelf dat het soms al gebruikt wordt als bleekmiddel bij de productie van normaal papier. Noch is er zuur voor nodig, of water, terwijl er iedere dag miljoenen liters water gebruikt worden om pulppapier te maken. Calciumcarbonaat is goedkoop en makkelijk verkrijgbaar, een van de meest veelvoorkomende mineralen op de planeet en vaak een bijproduct van marmermijnen.
Nog beter is dat steenpapier oneindig recyclebaar is – zowel het poederige steen dat 80 procent van het steenpapiermateriaal uitmaakt, als de polyethyleen waar de resterende 20 procent uit bestaat. Polyethyleen, een veelvoorkomend plastic dat gebruikt wordt voor melkmokken en dergelijke, bind het poeder samen en maakt het papier flexibel.
Extra gebruik van een olieproduct: dat lijkt niet echt duurzaam. Maar volgens Gunter Pauli, een grote fan van deze nieuwe papiertechnologie, wordt dat probleem opgelost door een even nieuwe recyclingprocedure: het gebruikte papier wordt verwarmd en vervolgens afgebroken tot pellets, met polyethyleen en al. Die pellets worden verplet tot poeder voor een nieuwe batch papier, zonder dat er extra plastic toegevoegd hoeft te worden.
Anders gezegd: plastic is nodig, maar het kan eindeloos worden hergebruikt om nieuw papier te maken. Dit is een groot voordeel ten opzichte van pulppapier, dat maar vier tot zes keer kan worden gerecycled voordat de vezels te kort en te zwak zijn geworden om een kwaliteitsproduct te kunnen maken.
Pauli is de oprichter van Zero Emissions Research and Initiatives (ZERI), een nonprofitorganisatie die pleit voor duurzame industriemodellen en die deze monitort. Hij ziet steenpapier niet alleen als een milieu-innovatie, maar ook als een economische motor voor regio’s die de hulpbronnen om houtpulppapier te maken ontberen. ‘Dat is de belangrijkste reden voor succes: dat de productie van steenpapier geen water nodig heeft’, zegt hij.
‘Productie wordt nu mogelijk waar steen in overvloed is en water zeldzaam’, vervolgt Pauli. ‘Dat is een radicale verschuiving ten opzichte van de huidige situatie: papier wordt geproduceerd waar water in overvloed is en bossen gezond zijn.’ Helaas betekent dat soms het kappen van eeuwenoude bossen. En vanwege de klimaatverandering kan waterschaarste een groter probleem worden dan het nu al is.
Het steenpapier was het geesteskind van William Liang, een Taiwanese zakenman die decennialang eigenaar was van fabrieken waar plastic tassen werden gemaakt. Toen hoge olieprijzen eind jaren tachtig de kosten van de productie van tassen deden toenemen, begon hij steenpoeder in de tassen te verwerken om de kosten te drukken. Aanvoelend dat de industrie voor plastic zakken als geheel op zijn retour was, begon hij naar een manier te zoeken om papier te maken. Hij maakte daarbij gebruik van dezelfde componenten als voor zijn tassen, maar gebruikte nu veel meer steen en minder plastic.
‘Ik besloot om al mijn veertien tassenfabrieken in China te verkopen en alles te investeren in mijn steenpapieronderzoek’, zegt Liang via een tolk. Tien jaar van onderzoek en ontwikkeling leidden uiteindelijk tot machines die hem in staat stellen 80 procent steenpoeder – calciumcarbonaat is niet het enige materiaal dat de machines kunnen gebruiken – met plastic te mengen.
Wereldwijd neemt het papiergebruik toe, zelfs in een tijdperk van digitale publicaties. De wereld consumeert 400 miljoen ton papier per jaar. In 2011 was dit was 300 miljoen ton. Naar verwachting zal het stijgen tot 500 miljoen ton in 2020. Liang en zijn zoon Henry, de manager van het bedrijf, hopen dat steenpapier uiteindelijke de helft van die markt verovert. In hun kortetermijnplannen stijgt hun productie tot 10 miljoen ton per jaar. Daarvoor moet het aantal fabrieken groeien van drie naar meer dan tachtig.
Steenpapier is nog relatief onbekend in de kantoorboekwinkel. Het maakt slechts een fractie van de papierproductie uit en wordt nagenoeg exclusief in één land verkocht. Maar steenpapier is al wel gebruikt om cadeautasjes van te maken voor het Witte Huis en Mercedes-Benz. Ogami, een schriftenmaker in Milaan, heeft een luxe lijn notitieboeken waarvoor steenpapier is gebruikt – vergelijkbaar met het boekje dat ik bij Amazon kocht. Enkele winkels bieden dergelijke notitieboeken online aan, en in de Verenigde Staten verkopen enkele Walgreen-apotheken Oxford ringbandschriften met stenen bladzijden.
De prijs is een potentieel obstakel voor groei. Consumenten worden steeds milieubewuster, maar het is onwaarschijnlijk dat ze bereid zijn drie of vier keer zoveel uit te geven aan schriften, cadeautassen of boeken die gemaakt zijn van steenpapier. Een stijgende productie zal schaalvoordeel opleveren en de prijzen na verloop van tijd waarschijnlijk laten dalen.
Zelfs fans zullen toegeven dat steenpapier niet het meest geschikte kantoorartikel is. Door het plastic is het niet bestand tegen de warmte van laserprinters en sommige kopieermachines. De polyethyleen valt ook uit elkaar na een lange tijd in direct zonlicht. Dus als u iemand bent die zijn papieren in de auto laat liggen tot de jaarlijkse grote schoonmaak, dan kan het zijn dat u een berg wit poeder vindt op de achterbank. Tot slot is papier dat zo zwaar is – steenpapier weegt dertig procent meer dan standaard kantoorpapier – niet geschikt voor gedrukte kranten. Er zijn plannen dit laatste probleem aan te pakken, door tijdens het productieproces lucht te injecteren.
Maar er is een kans. Papier dat stevig is, moeilijk scheurt en tegen water kan, kan ideaal zijn voor boeken waar gebruikers dikwijls ruw mee omgaan. Denk aan kinderen. Denk aan schoolboeken. Uitgeverijen beginnen dit door te krijgen.
‘De Chinese overheid heeft toegezegd dit papier te gaan gebruiken voor schoolboeken’, zegt Pauli. ‘Dat betekent dat de boeken worden gedrukt, gebruikt in de scholen, en aan het einde van hun leven naar de fabriek worden teruggebracht voor 100 procent recycling, zo vaak als men wil.’
Zo’n scenario, waarin een centrale organisatie eigenaar van het papier is en het rechtstreeks terugbrengt naar de fabrikant voor recycling, zou ideaal zijn. Maar dat is niet hoe het systeem er nu uitziet, en niemand weet of de wereld er klaar voor is om een volledig nieuw recyclingmodel voor steenpapier te creëren, waarbij het in zijn geheel naar fabrieken wordt teruggebracht. Volgens Pauli en Liang kan steenpapier echter ook gerecycled worden met plastic afval of, in mindere mate, met normaal papier.
‘Ik vind de meeste milieuclaims kletskoek’, is de ongezouten beoordeling door Gerry Ring, een emeritus professor in papierwetenschap en techniek aan de Universiteit van Wisconsin. De polyethyleen is weliswaar recyclebaar, maar zou volgens Ring eerst een uitgebreid proces moeten doorlopen om het leeuwendeel van de calciumcarbonaat te verwijderen.
‘Als het steenpapier een traditioneel recyclingproces in gaat, zou het eerst een verpulveringsstadium moeten doorlopen om het vel in afdoende kleine deeltjes uiteen te vallen’, zegt Ring. Hij voegt eraan dat het papier CO2 zal uitstoten wanneer het zo lang in de zon ligt dat het polyethyleen uit elkaar valt.
Joshua Martin, directeur van het Environmental Paper Network, een consortium van organisaties die zoeken naar manieren om milieuvriendelijker papier te produceren, vindt het concept van steenpapier intrigerend, maar momenteel raadt zijn organisatie het niet aan. Het spreekt Martin vooral aan dat het papier theoretisch gezien volledig recyclebaar is en ook veel vaker te recyclen is dan traditioneel papier.
Zijn zorgen zitten in de vraag of het steenpapier wel in de juiste recyclinghanden terecht komt. Hoe zou het recyclingcentrum weten dat dit plastic afval was, en geen papier? Ja, een groot schoolsysteem zou weten hoe het zijn lesboeken zou moeten recyclen, maar hoe zit dat met kantoormedewerkers? Zouden zij weten dat het printerpapier van hout gemaakt is, maar het grote, glanzende rapport van steen?
Als het met normaal papier gerecycled zou worden, zoals Pauli zegt dat mogelijk is, zou het recyclingcentrum weer moeten weten welk papier wat was, en hoeveel van het stenen spul de normale recyclingstroom binnenkomt, zegt Martin. Als te veel steenpapier ongerecycled blijft, zou het een milieuprobleem kunnen worden. Het stapelt zich op tot een afvalberg en leidt tot gebruik van extra fossiele brandstof. De voordelen – er hoeven geen bossen gekapt en er wordt op water bespaard – worden daarmee teniet gedaan. Misschien zou het mogelijk zijn, als steenpapier een gigantische milieustap voorwaarts blijkt te zijn, om genoeg reyclingcentra voor steenpapier op te zetten, zodat het product zijn eigen recyclingstroom heeft.
Totdat er meer bekend is, zullen milieubeschermers meer geïnteresseerd zijn in het verbeteren van de recycling. Ook willen ze dat papierbedrijven het gebruik van water beperken en recyclen, bomen herplanten in private ‘bosplantages’, of bossen duurzaam beheren. Dat laatste kan door secundaire bos te kappen in plaats van oerbos, kale plekken te beperken en geen zwaar materiaal diep het bos in mee te nemen, waardoor je veel bos vernietigt voordat je je kapgebied bereikt.
En er zijn andere bronnen van papiervezel die milieuvriendelijker zijn dan hout. Een van de meest veelbelovende is tarwestro, het landbouwafval dat overblijft na een tarwe-oogst. De stro wordt normaal gesproken gewoon verbrand, wat leidt tot milieuvervuiling, terwijl je er kwaliteitspapier van kunt maken. Eén telefoonbedrijf gebruikt al tarwestropapier voor zijn enveloppen en er zijn plannen om een fabriek te bouwen in de staat Washington voor grootschalige productie. Mijn suikerrietnotitieboek is een andere mogelijkheid. Net als bamboe, hoewel sommigen bezorgd zijn dat het een invasieve pest wordt omdat de plant zich zo makkelijk verspreid.
Maar in Pauli’s ogen zijn de bezwaren irrelevant. Het idee achter steenpapier is niet het vervangen van het ene ruwe product door het andere. Het is een “paradigmaverschuiving” in het denken over werkelijk duurzame recycling – het soort dat eindeloos doorgaat, zonder afval – en producten die langer mee gaan. Het kost 67 procent minder energie. En het besparen van water belooft een steeds belangrijker onderwerp te worden gezien de toenemende klimaatverandering. Steenpapier transformeert zelfs de huidige verspillende dynamiek van transport en industrieel afval, zegt Pauli.
‘Het gehele, zeer gespecialiseerde verpakkings- en transportsysteem van papierrollen is achterhaald’, zegt hij. ‘Momenteel wordt cellulosepapier in vellen gerold. Die gigantische rollen hebben speciale trucks nodig, speciale kranen, speciale verpakkingen, speciale opslagplaatsen en speciale snijmachines. Cellulosepapier heeft daarom een duur en kapitaalintensief productie-, distributie- en opslagproces.’
In het nieuwe model wordt het papier geproduceerd in de grootte die de klant vraagt, met de hoeveelheid coating die voor elke klus nodig is. ‘Het voordeel is dat al het snijwerk in hout-naar-papierproductie die vandaag de dag in een grote afzonderlijke cyclus gaan met transport en water, nu meteen in de fabriek verwerkt worden. Er is geen postindustrieel afval, er is geen opslagafval.’
De nadruk die het bedrijf legt op het bedienen van institutionele klanten zal ervoor zorgen dat een groter percentage van het papier terugkomt naar de fabriek voor recycling. In essentie, zegt Pauli, wordt het papier geleased in plaats van gekocht. Het wordt niet ‘verkocht’ door Lung Meng Technology omdat het voortdurend terugkomt.
Liang onderkent dat het concept van steenpapier niet zo goed begrepen wordt door milieu-organisaties. Hij wijst erop dat zijn papier begin dit jaar het eerste Taiwanese product was dat de Cradle to Cradle-certificering kreeg, een erkenning voor volledig duurzame producten volgens de regels van de circulaire economie.
Uiteindelijk is de vraag misschien niet hoeveel steenpapier de wereld kan veranderen. De vraag is of de wereld bereid is zijn oude patronen te veranderen om zo ruimte te maken voor iets dat onze manier van denken over een van de meest basale en eenvoudigste producten in ons dagelijkse leven in de war schopt.
Schrijf je gratis in voor onze PositiefNieuwsBrief (1 tot 3 e-mails per week). Uitschrijven kun je ieder moment door op de unsubscribe-link te klikken die onderaan iedere mailing staat.
Reacties