Tony Blair, Bono, Bill Clinton, Muhammad Ali en Kofi Annan over de man die wereldwijd symbool staat voor rechtvaardigheid en verzoening. Marco Visscher | 91 november 2006 issue In 1918 wordt Rolihlahla Mandela geboren in Mthatha in het zuidoosten van Zuid-Afrika als zoon van een prominente adviseur van de koning van de Thembu-stam. Als rechtenstudent – hij had inmiddels de naam Nelson gekregen – raakt hij geïnteresseerd in politiek. Mandela wordt lid van het ANC, het Afrikaans Nationaal Congres, dat de belangen van zwarten behartigt. Na zijn studie biedt zijn advocatenkantoor rechtshulp aan zwarten die in het apartheidsregime geen aanspraak maakten op juridische ondersteuning. Met 150 anderen wordt Mandela in 1956 gearresteerd en beschuldigd van verraad. Het jarenlange proces eindigt in een vrijspraak voor iedereen. Jaren later wordt hij opnieuw gearresteerd, ditmaal op beschuldiging van sabotage en complotvorming om de overheid omver te werpen. In die jaren had hij zijn geweldloze principes overboord gezet, aanslagen uitgevoerd en was hij leider geworden van de militante tak van het ANC. Hij krijgt een levenslange straf, die hij grotendeels uitzit op Robbeneiland. In 1985 slaat hij het aanbod af tot vrijlating in ruil voor het afzweren van gewelddadig verzet. De internationale druk op