Het parlementberaad: een nieuwe manier van formeren
10 nov 2023
Samenleving
Tijdens Prinsjesdag speculeerde de pers openlijk dat Mark Rutte tijdens Prinsjesdag 2024 nog steeds demissionair premier zou kunnen zijn. De duur van kabinetsformaties breekt record na record. De politieke realiteit is steeds complexer geworden. Er zijn meer partijen, er is een sterke polarisatie en een toenemend wantrouwen tussen partijen. Hierdoor wordt het tot stand brengen van een stabiele regering lastiger en lastiger.
DOOR: EVERT JAN VAN HASSELT*
Tegelijk is de manier waarop kabinetsformaties worden uitgevoerd niet noemenswaardig veranderd. Alleen Herman Wijffels heeft in 2007 met succes een wezenlijk andere benadering gehanteerd, maar die lijkt iedereen alweer vergeten te zijn. Op andere gebieden in onze democratie zijn weldegelijk kansrijke innovaties ontwikkeld om met de complexiteit van vandaag om te gaan. Het wordt tijd om dat ook te introduceren in de wereld van kabinetsformaties. Om die reden stel ik voor de komende kabinetsformatie op een fundamenteel andere manier te starten, met een parlementberaad.
Van onderhandelen naar creëren
Kabinetsformaties worden tot nu toe ingestoken als een onderhandelingstraject. Verschillende standpunten van partijen worden als uitgangspunt genomen en er wordt gezocht naar manieren om die bij elkaar te brengen. In een gefragmenteerd politiek landschap heb je steeds meer partijen nodig om een steeds kleinere meerderheid te vormen. Met als gevolg een bijzonder moeizaam proces en een eindresultaat dat geen enkele bewegingsvrijheid meer biedt aan regerende partijen.
Een alternatief voor onderhandelen is een creatieproces. Daarbij start je niet met standpunten, maar met een visie waar je naartoe wilt en met ideeën over hoe daar te komen. Vervolgens ga je niet onderhandelen over die ideeën, maar ga je kijken hoe die ideeën elkaar kunnen versterken. Zo kom je tot nieuwe, betere ideeën waar iedereen zich eigenaar van voelt.
Groot voordeel van deze benadering is dat bij onderhandelen geldt: hoe meer standpunten, hoe lastiger het wordt. Terwijl bij creëren juist geldt: hoe meer ideeën, hoe beter het wordt!
Nieuw: Parlementberaad
En zo is het idee van een parlementberaad ontstaan. Geen proces met een beperkt aantal onderhandelaars, maar met alle 150 gekozen leden in de Tweede Kamer. Daardoor maken we gebruik van de kennis en creativiteit van alle Kamerleden. Bijkomend voordeel is dat het door de bevolking gegeven mandaat veel meer centraal blijft staan.
Grote vraag is: hoe doe je dat? Bijvoorbeeld door te leren van de burgerberaden die de afgelopen jaren wereldwijd hebben plaatsgevonden. In een gefaciliteerd dialoogproces komt een groep van 100-150 gelote inwoners tot een breed gedragen besluit. Dat kunnen 150 gekozen Kamerleden ook doen.
Een gefaciliteerd proces
Kamerleden zijn gewend om met elkaar in debat te gaan. En na een stevige verkiezingscampagne is die neiging nog groter. De overgang naar een dialoogproces gaat – zeker in die situatie – niet van zelf. Daarom wordt het parlementsberaad voorgezeten door een onafhankelijke moderator en tijdens de dialogen zijn ervaren gespreksbegeleiders aanwezig. Zij mengen zich inhoudelijk niet in de gesprekken, maar zij zorgen ervoor dat het inderdaad een dialoog wordt en geen debat. Ook waarborgen zij dat iedereen gelijkwaardig aan het woord komt.
Parlementakkoord
Een dergelijk proces kan in enkele weken doorlopen worden. Ik stel voor dit te doen in de twee weken na de installatie van de nieuwe Kamer, tot aan het Kerstreces. Het resultaat is een kamerbreed gedragen “parlementakkoord op hoofdlijnen”. Dit vormt een gezonde basis voor een daaropvolgend meer traditioneel onderhandelingsproces wat we kennen uit eerdere formaties. Die gezonde basis maakt dat de onderhandelingen soepeler verlopen – en dus sneller gaan – en dat het resultaat veel meer resoneert, ook bij de oppositiepartijen. Hun kennis is immers expliciet meegenomen in het parlementakkoord en werkt daarmee ook door in de coalitieonderhandelingen.
Nieuwe bestuurscultuur
Vrijwel alle partijen hebben het over de noodzaak van een nieuwe bestuurscultuur. De oplossing daarvoor wordt doorgaans gezocht in allerlei mechanismen. Terwijl een cultuur toch vooral gaat over hoe je met elkaar omgaat. In een parlementberaad ervaren alle 150 Kamerleden een nieuwe, meer op dialoog gebaseerde dynamiek. Ze ontdekken dat deze manier van werken leidt tot meer onderling vertrouwen. En ze ontdekken dat – door te verbinden met ideeën van anderen – ze hun eigen ideeën veel beter kunnen realiseren. Daarmee legt het parlementberaad een grondig fundament voor die nieuwe bestuurscultuur.
Ja, maar…
Ik heb de afgelopen tijd met politici, ambtenaren en politicologen gesproken over dit idee. En ook met Eva Rovers, die meedacht over hoe de aanpak van een burgerberaad in de Tweede Kamer kan worden toegepast, en met Herman Wijffels die immers ervaring heeft met het formatieproces. Iedereen is bijzonder enthousiast over dit idee, maar velen hebben ook vragen over de uitvoerbaarheid. Daarom hieronder een aantal gestelde vragen met hun antwoord.
Vindt het beraad openbaar of achter gesloten deuren plaats?
Het beraad vindt achter gesloten deuren plaats. Achter die deuren is het overigens een open proces. Dus alles is transparant voor de deelnemende 150 Kamerleden. Toch is het voor de buitenwereld geen “black box”. Dagelijks wordt met behulp van videoverslag zichtbaar gemaakt wat er die dag is gebeurd. Tevens wordt via een online platform aan alle inwoners de mogelijkheid geboden om constructieve inbreng te leveren.
Moeten alle Kamerleden instemmen met de uiteindelijke voorstellen? Of slechts een deel?
Niks moet. Maar aangezien in het parlementberaad met zogenaamde consent-besluitvorming wordt gewerkt – waarbij als iemand een onoverkomelijk bezwaar heeft tegen een onderdeel van de uitkomst, de hele groep probeert dat onderdeel zo te herformuleren dat aan dat bezwaar tegemoet wordt gekomen – is de kans bijzonder groot dat iedereen enthousiast is over een groot deel van de uitkomsten en kan leven met de overige uitkomsten.
Handelen de Kamerleden apart of gewoon in fractieverband?
De Kamerleden handelen apart. Het gaat immers om hun afzonderlijke kennis en perspectieven. Wel kunnen grotere fracties besluiten om fractieleden hun aandacht te laten verdelen over verschillende onderwerpen (niemand kan fracties verbieden om in de zijlijn overleg te voeren). De facilitering van het proces is er op gericht om alle 150 deelnemers optimaal in staat te stellen hun eigen ideeën in te brengen en die ideeën met elkaar te verbinden, zodat betere/rijkere ideeën ontstaan.
Is er al ergens ervaring opgedaan met dit proces?
Op landelijk niveau kennen wij nog geen voorbeelden. Wel is er inmiddels veel ervaring opgedaan met burgerberaden, waaruit blijkt dat inwoners via dialoog tot haalbare aanbevelingen kunnen komen rond de meest complexe en gepolariseerde onderwerpen. Kamerleden zijn net mensen, dus die kunnen dit ook.
Kunnen we dan wel stellen dat dit proces sneller zal gaan dan een standaard formatieproces?
Het parlementberaad duurt twee weken. Dat is een fractie van de totale duur een gemiddelde formatie (3-4 maanden). Met het resulterende parlementakkoord wordt een stevige basis gelegd voor de daaropvolgende meer traditionele formatieaanpak. Door de brede steun voor dat akkoord is het veel eenvoudiger om een coalitie van partijen met een gedegen meerderheid te vinden. Daardoor zal die vervolgfase relatief snel verlopen. Doordat het parlementberaad alle partijen in de Kamer dichter bij elkaar brengt, zal de totale duur van de formatie niet in de buurt komen van de extreem lange formaties van de afgelopen jaren.
Herman Wijffels heeft overigens in 2007 al laten zien welke invloed een goede – van de traditionele aanpak afwijkende – start op het totale formatietraject is. In plaats van te starten met de verschilpunten tussen de partijen, begon hij aan een goede basis in het onderhandelingsteam te werken. Dat deed hij door te starten met de vraag aan de onderhandelaars: ‘Waarom ben je in de politiek gegaan?’ De verkenning van die vraag bij alle onderhandelaars leverde een heel andere dynamiek op dan gebruikelijk. Daarmee wist Wijffels – ondanks een lastige startsituatie – zijn informatietraject tot zes weken te beperken.
Hoe hou je de pers op afstand?
De pers hoeft niet op afstand. Uiteraard is het parlementberaad achter gesloten deuren ook voor de pers niet toegankelijk. Maar de pers krijgt – net als de rest van Nederland – inzicht in het proces via de videoverslagen. En het staat de pers vrij om buiten het parlementberaad om met deelnemers te spreken.
Anders dan bij onderhandelingen – waar allerlei belangen tegen elkaar worden uitgespeeld – is het parlementberaad vanuit nieuwsoogpunt niet zo spannend. Er is geen gekonkel, er komen geen partijen tegenover elkaar te staan. En in het begin is nog totaal niet te zien waar het proces naartoe gaat. De deelnemers brengen hun uiteenlopende ideeën in in het proces. Die afzonderlijke ideeën rijpen langzaam tot een gemeenschappelijke eindvisie. Dit is vergelijkbaar met het inzaaien van een grasveld. In het begin is er een tijdlang niets te zien, de groei vindt in de grond plaats. En opeens ontstaat er een groene waas die snel uitgroeit tot een prachtig gazon.
Oproep
Dit idee is nieuw. Dit idee is totaal anders dat wat iedereen gewend is. En toch bestaat het uit allemaal elementen die op uiteenlopende terreinen hun waarde hebben aangetoond. Deskundigen als Herman Wijffels en Eva Rovers ondersteunen dit idee met overtuiging.
Daarom roep ik alle partijen in de Tweede Kamer op om serieus naar dit idee te kijken en te overwegen om het parlementberaad toe te passen in de komende formatie. Niemand zit te wachten op opnieuw een eindeloze formatie. Niemand zit te wachten op de schijnvertoning die we in 2021 hebben gezien. Nederland is een modern land. Laten we daarom ons bestuur ook op een moderne manier vormgeven.
Evert Jan van Hasselt – Impact-first investeerder, ondernemer, spreker en co-auteur van ‘Van CEO naar tuinman’.
*) Dit artikel stelt voor om de traditionele kabinetsformatie te ‘amenderen’ met een dialoogproces onder Kamerleden in de beginfase. Na dat parlementberaad wordt de formatie op traditionele wijze vervolgd. Volgens de auteur is dat op dit moment qua praktische haalbaarheid een goede eerste stap. Vervolgens zijn verdergaande innovaties mogelijk, waarvoor door anderen ook al uiteenlopende voorstellen zijn gedaan. Zo stelt Lianne van Kalken – coauteur van het artikel ‘Hoog tijd voor positieve politiek’ in The Optimist van maart/april 2022 over gemeentelijk besturen met behulp van een raadsakkoord – voor om ook landelijk op basis van een parlementberaad te gaan besturen. Wim Lanfermeijer van Sociaal & Groen stelt voor om het coalitiesysteem helemaal af te schaffen en nieuw beleid vanuit de kamer – door wisselende meerderheden – via moties, amendementen en wetsvoorstellen te initiëren.
Reacties