Hoe de wereld IJsland volgt. Editors | 51 november 2002 issue Deskundigen schatten dat zonne-energie met zonnecellen over twintig jaar efficiënt kan worden benut. Dan zal de duurzame productie van elektriciteit, die nodig is voor de waterstofeconomie, dus in het grootste gedeelte van de wereld mogelijk zijn. Maar intussen zijn er al secundaire vormen van zonne-energie die kunnen worden benut. Niet elk land beschikt over zo’n overvloedig duurzaam energiepotentieel als IJsland in de vorm van waterkracht en geothermische energie. Maar bijvoorbeeld windenergie is thans op vele plaatsen al efficiënt te benutten. Zo produceert bijvoorbeeld Denemarken al 18 procent van zijn elektriciteit met wind. Biomassa – het telen van gewassen die vervolgens worden verwerkt tot brandstof – biedt ook perspectief voor duurzame elektriciteitsproductie omdat de CO2 die bij de verbranding vrijkomt gelijk is aan de CO2 die de plant tijdens zijn groei opneemt. De Europese Unie heeft recentelijk laten weten dat in 2010 22 procent van de elektriciteit in de unie duurzaam moet worden geproduceerd. Die overgang kan overigens worden bespoedigd als de subsidies op fossiele brandstoffen worden geschrapt. Volgens André de Moor van het Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu (RIVM) worden fossiele brandstoffen in het Westen jaarlijks met circa 80