Thomas Harttung, medeoprichter van het Deense eco-biologische tuinbouwbedrijf Aarstiderne, noemt zichzelf een ‘vrije radicaal’. Brigid Marshall | 111 november 2008 issue Thomas Harttung. Foto: Palle Peter Skov En het is beslist aan zijn vrije, radicale denkwijze te danken dat zijn bedrijf van ongeveer tweehonderd leden in 1996 is uitgegroeid tot de 45 duizend abonnees het inmiddels heeft, verspreid over Denemarken en Zweden. Aarstiderne, Deens voor ‘De seizoenen’, bezorgt elke week verse biologische producten en recepten in statiegeldkratjes bij zijn klanten aan huis. De zaak heeft ‘sinds de oprichting een historische groei van zo’n twintig procent per jaar achter de rug’, zegt Harttung. ‘Nu zie je wat het heeft opgeleverd dat we ons aan zo’n geweldige idee hebben gewaagd en bereid waren te kijken waar het toe zou leiden.’ Wat Harttung zijn ‘semi-amateuristische benadering’ noemt heeft Aarstiderne en zijn 120 werknemers naar een jaarlijkse omzet van 38 miljoen euro gebracht. Die groei heeft Aarstiderne verwezenlijkt door klein en persoonlijk te blijven. ‘Transparantie maakt het mogelijk een zekere mate van vertrouwen tussen de klanten en leveranciers te ontwikkelen’, zegt Harttung, die in de stad is opgegroeid maar zich grondig in bosbouw en biologische tuinbouw is gaan verdiepen. Dat vertrouwen is zo totaal,