Het compromis staat westerse wijsheid in de weg. Tijn Touber | 27 juli/augustus 1999 issue Een lezer vroeg mij laatst waarom ik toch zo vaak bij Oosterlingen uitkwam als ik om een pakkend citaat verlegen zat. Daar moest ik even over nadenken. Waarschijnlijk heeft het ermee te maken, dat Oosterlingen uitgesprokener zijn als het om gewetenskwesties gaat. De dalai lama zegt rustig, dat geweld ten alle tijden uit den boze is. Gandhi zei dat ook. Dat zijn tenminste duidelijke uitspraken, zeker als je ziet, dat die mannen daar ook naar leven of leefden. Ik heb premier Kok dat nog nooit horen zeggen. Kok moet - als Westers, en vooral Nederlands politicus - nu eenmaal schipperen. Altijd het compromis zoeken, nooit echt uitgesproken en volmondig stelling kunnen nemen als het om dit soort essentiële zaken gaat. Dat ligt niet zozeer aan Wim Kok, als wel aan de manier waarop wij politiek bedrijven. Met de scheiding tussen kerk en staat verdween de ziel uit de politiek. Naar ons geweten luisterden we alleen nog op zondag. En toen de spiritualiteit uit de kerk verdween, hoefde dat ook niet meer. Machtige mannen als president Clinton hebben - om hun positie te bereiken - al