In de aanloop naar de Tweede-Kamerverkiezingen beoordeelt Ode de partijprogramma\'s op hun drang naar vernieuwing. Is politiek Den Haag klaar voor de verandering? Het rapport van D66. Editors | 44 maart 2002 issue Zestien leden van de programmacommissie, twee eindredacteuren en meer dan driehonderd adviseurs en werkgroepleden van D66 hebben meegeschreven aan het verkiezingsprogramma. Het resultaat van zo veel menselijke inspanning is onthutsend zwak. Holle kretologie en voorzichtigheid hebben de eens idealistische partij lamgelegd, zo lijkt het. In de eerste alinea van Toekomst in eigen hand wordt nog vol moed verkondigd: \'Het is tijd voor creatieve politiek (…) voor een beetje lef.\' Het gebrek aan een inspirerende visie wordt door de partij blijkbaar niet gedeeld. Voor creativiteit en lef moet de kiezer niet bij D66 zijn. Toegegeven, de ideeën over onderwijs mogen er zijn. De menselijke maat moet terug en dat betekent het einde van de grootschaligheid. Voor de omschakeling moet geld worden vrijgemaakt. D66 wil meer zelfstandigheid voor scholen, zodat ze kunnen inspelen op behoeften van leerlingen en ouders. Daarbij moeten leerlingen meer zeggenschap krijgen in het voortgezet onderwijs. Ook in het bedrijfsleven moet meer democratie komen. Werknemers en aandeelhouders hebben het recht op dezelfde informatie als banken. Ze