Bénédicte Ficq: ‘Strijden voor verandering’

The Optimist 20 okt 2023 Samenleving

Als strafrechtadvocaat voert Bénédicte Ficq al vele jaren strijd tegen uiteenlopende soorten onrecht. Haar rechtszaken tegen de tabaksindustrie, Tata Steel en Chemours hebben haar tot een van de bekendste strafpleiters van het land gemaakt. Hoe blijft ze optimistisch in veranderende tijden?

DOOR: BRIAN DE MELLO

FOTOGRAFIE: MICHEL PORRO

Ze is als geen ander een aanjager van de verandering en doet dat op een manier die bij haar past, namelijk in de rechtszaal. Bénédicte begrijpt dondersgoed hoe ingewikkeld het kan zijn om van koers te veranderen. Maar doorgaan op een doodlopende weg is geen optie. Hoe kijkt ze tegen verandering aan?

‘Verandering, en zelf veranderen, is moeilijk omdat mensen vastzitten in patronen, door wat ze hebben meegemaakt en aangeleerd’, luidt haar eerste reactie. ‘Kijk maar naar kinderen. Wat kinderen willen, is wat ze hun ouders zien doen. Voor verandering is inspiratie nodig en de mogelijkheden moeten er zijn. Als mensen vechten voor hun bestaan en van twee euro per dag een heel gezin moeten voeden, dan wordt het lastig. Ze moeten wel eerst die schamele twee euro per dag verdienen.’

IJdelheid en tevredenheid

Daar komt nog een vervelend ding bij: de mens is volgens Bénédicte ijdel en greedy. Put ze daarbij uit eigen ervaring? ‘Jazeker, er is een tijd geweest dat een zekere mate van ijdelheid mij niet vreemd was. Dan denk je dat het een doel op zich is om een beetje bekend te worden. Maar ik heb mogen ervaren hoe betrekkelijk en totaal oninteressant dat is. Ik heb ook geleerd dat roem afhankelijk is van toevalstreffers. En dat je daar heel kritisch op moet zijn.’

Als we hierop doorvragen krijgen we te horen dat zij in haar naaste omgeving te maken heeft met mensen die heel puur zijn en die niet snel onder de indruk van iets zijn. Mede dat houdt haar met beide benen op de grond. ‘Van nature ben ik tevreden met wat ik heb; dat zit gewoon in mij. Ik kan genieten van de dingen die niets kosten en ben niet geïnteresseerd in echt bezit.’ Komt het boeddhistische in haar nu bovendrijven? Ze lacht. ‘Ik kan in vervoering raken van andere dingen, maar niet van een reisje naar Dubai of een glimmende bolide voor de deur. Dat is geen verdienste, ik zit gewoon zo in elkaar.’

Bénédicte is op het platteland opgegroeid, midden in de natuur. Die heeft haar altijd al betoverd. Het feit dat ze nu in hartje Amsterdam kantoor houdt, betekende een verandering waar ze behoorlijk aan moest wennen. ‘In het begin vond ik het heel moeilijk. Ik fiets heel veel, dus ik zoek het “buiten zijn” wel bewust op om met die verandering om te gaan.’

‘Ik ben op zoek gegaan naar iets dat mij boeit, en wat mij boeit zijn mensen.’

Een kijkje in de ziel

Iemand die zich zo verbonden voelt met de natuur lijkt op het eerste gezicht niet een ideale kandidaat om strafrechtadvocaat te worden. Of toch wel? Hoe speelt de manier waarop ze in het leven staat een rol in het werk dat ze doet? ‘Ik ben op zoek gegaan naar iets dat mij boeit, en wat mij boeit zijn mensen. Dat betekent voor mij ook het bijstaan van mensen die door mindere omstandigheden een verkeerde start hebben gemaakt in het leven en die in de problemen zijn geraakt. Ik kan er niets aan doen in welke wieg ik ben geboren en dat geldt ook voor andere mensen. Ik voel me nogal geprivilegieerd en vind het niet meer dan normaal dat ik mensen bijsta als dat nodig is.’ Al snel gaat het gesprek over wat mensen met elkaar verbindt. Er moet sprake zijn van een zekere chemie. ‘Ik denk dat er helemaal niets tot stand komt zonder chemie.’

We kunnen het niet laten: ‘Dat is een mooi bruggetje naar de zaak die je hebt aangespannen tegen Chemours.’ Gelukkig, er kan ook nu om gelachen worden. Maar we praten voorlopig serieus door over haar rol voor de rechtbank.

De controle op wat machtigen met iemand kunnen doen boeit haar in het bijzonder. ‘De rechter heeft die macht. Ik vind het belangrijk om daar een controlerende, en mogelijk corrigerende, invloed op te hebben.’ Ook de macht van het woord fascineert haar. De pen die machtiger is dan het zwaard? ‘Wat je kunt doen met woorden die bij iemand binnenkomen is haast onvoorstelbaar.’

Het contact met haar cliënten wordt als ‘heel goed’ gekenmerkt en ze zegt veel van hen te leren. Zoals hoe het is om uit te glijden en telkens weer op te staan, om spijt te hebben van iets dat ze hebben gedaan, of de onmogelijkheid te benoemen dat ze die spijt niet kunnen voelen. ‘De echtheid van het contact vind ik fascinerend en inspirerend in mijn werk. Mijn cliënten geven mij een kijkje in hun ziel. Ik heb daar geen moeite mee, want ik zal nooit hun vertrouwen beschamen. Wat ze mij vertellen blijft “in het huisje van mijn hoofd”. Dan kunnen mensen heel vertrouwelijk met je worden.’ Dat leidt ertoe dat ze contact onderhoudt met mensen die ze allang niet meer bijstaat. Die komen dan hun baby showen of sturen een appje om een keer een kop koffie te gaan drinken. ‘Dat maakt mijn vak ook heel leuk’, vertelt Bénédicte. ‘Dit vak kan heel “kaal” of heel “rijk” zijn, waardoor je vervuld raakt van iets.’

Niet cynisch worden

We vragen ons als Optimist magazine af in hoeverre je een positieve levenshouding moet hebben om in haar vak – dat vaak de vervelende kanten van de maatschappij raakt – overeind te blijven? Het antwoord dat we krijgen is nogal verrassend. ‘Waar ik veel negatiever en treuriger van word, zijn de mensen die niet bereid zijn te zien dat “het echt grote” nu op het spel staat. Het klimaatonderwerp, biodiversiteit, het verwoesten van dat wat de planeet ons geeft en het rücksichtslos een bijdrage leveren aan de korte-termijn-verwoesting die voor het nageslacht een lange-termijn-verlies betekent. Dat vind ik veel moeilijker om mee om te gaan.’

Ze bevestigt dat ze het niet zo ingewikkeld vindt om met haar cliënten te dealen. De onverschillige slechtheid van de mens vindt ze een moeilijker onderwerp dat veel woede bij haar opwekt. ‘Al dat geleuter in de politiek, en politici die niet de verantwoordelijkheid nemen voor beslissingen die electoraal niet lekker uitpakken… Terwijl ze de noodzaak tot ingrijpen heel goed kennen, bijvoorbeeld op het gebied van CO2. Ja, dat roept bij mij wel veel verontwaardiging, woede, onbegrip en soms wat cynisme op. Het is moeilijk om niet cynisch te worden.’

De strafrechtadvocaat ziet dat veel mensen begaan zijn met de toekomst van de leefbaarheid van de planeet. Maar die denken op individueel niveau: wat maakt het uit? Dat vliegtuig vliegt toch wel en die twee zitjes die vrijkomen omdat we als stel niet meegaan maakt geen verschil. De kracht van de aantallen is hierbij een belangrijk onderwerp. ‘Ik denk dat mensen een zetje nodig hebben om te veranderen en dat de overheid beslissingen moet durven nemen, een langetermijnvisie dient te ontwikkelen en vooral: verantwoordelijkheid moet pakken. Het mag duidelijk gemaakt worden dat economische groei een totaal verloren inspanning is als je met die groei niets meer kunt doen.’

‘Die totale verslaving aan vervuilende hobby’s moet afgelopen zijn. Dat zouden ouders hun kinderen moeten voordoen.’

Bewustwording

Het draait in haar ogen niet in de laatste plaats om bewustwording. ‘We moeten beseffen dat alles, wat je van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat doet, afkomstig is uit de natuur. Of uit de natuur weg is geroofd: water, hout, staal, alles. Die planeet moeten we koesteren en er fatsoenlijk mee omgaan. Dat betekent dus niet de bronnen zoveel gebruiken dat het zichzelf niet meer kan herstellen. Je kunt niet eindeloos uit één ruif blijven vreten.’

Met de Tweede Kamerverkiezingen voor de deur rijst de vraag of deze bevlogen dame wellicht thuishoort in de politiek. Dat blijkt een verkeerde gedachte. ‘De politiek is een groot rattennest. Al die spelletjes… ik vind het juist zo fijn dat ik ongenuanceerd en vrij kan praten. Dat niemand zegt dat ik mijn mond moet houden vanwege de partijmores. Bij menig politicus denk ik: wat zeg je nou eigenlijk? Daar kan ik zo moedeloos van worden. Ik verlang naar een eerlijke, oprechte, scherpe, creatieve, moedige, groene, inspirerende politicus of politica… ik kan niet wachten, ik ben klaar met al die gelikte, deprimerende doorsneepraatjes.’

Criminelen van de tabaksindustrie

Van de politiek naar de tabaksindustrie is een kleine stap. Ze stopte met roken nadat een van haar kinderen vroeg: ‘Mama, ga jij nou ook dood aan roken?’ Toen bedacht Bénédicte dat ze niet wilde dat ze, terwijl ze nog rookte, een rokers-gerelateerde kanker zou ontwikkelen. ‘Ik weet dat de schade aan je lichaam enorm is, ook al ben je gestopt. Maar ik besloot op dat moment te stoppen en heb dat tegen iedereen gezegd. Ik ben toen ook echt gestopt en heb geen sigaret meer aangeraakt.’

De verontwaardiging en walging die ze voelde over de methode van de tabaksindustrie om mensen aan het zwaar verslavende roken te helpen, heeft iets met haar gedaan. ‘Het zijn slangen, gewetenloze criminelen in maatpak. Ik heb me ingelezen in deze zaak en als je leest wat er in vergaderingen intern bij de tabaksfabrikanten werd gezegd in de jaren zestig, en hoe er gesproken werd over mensen… Dat er nog twee “groepen” waren die aan het roken moesten: vrouwen en, in hun woorden, negers. “Want die twee willen lekker ruiken”, zei men. Wat werd er toen ontwikkeld? De mentholsigaret. Zo zijn die mensen massaal aan de zwaar verslavende rokerij geraakt. Het is gewoon crimineel. Onvoorstelbaar dat zo’n product toegestaan wordt.’ Als ze hierover vertelt schieten haar ogen zoveel vuur dat je er bijna een slof sigaretten mee kunt aansteken. Die opmerking houden we maar even voor ons, want het onderwerp is al ernstig genoeg. Ze doet er nog een schepje bovenop als ze verdergaat over de bazen van de tabaksindustrie. ‘Ik vind ze grotere criminelen dan de mensen die ik bijsta, want die doen het niet op institutionele basis, niet georganiseerd, niet door te lobbyen of door “adviezen” van psychiaters en influencers. Het is één grote criminele bende.’

Blijft de vraag over die past bij dit gesprek: hoe veranderen we dat? Het antwoord dat we krijgen lijkt op het eerste gezicht simpel: ‘Door aandacht eraan te besteden. Maar je moet het wel menen! Je moet het vuur voelen over wat je zegt. Of dat nou richting de tabaksindustrie is of richting de vervuilende bedrijven. Als je de verontwaardiging voelt… het is te gek voor woorden, de winsten die ze kunnen maken. Het is ook nog een van de industrieën waarin je het beste je geld kunt beleggen.’ Is er wel een reden om optimistisch te zijn, vraagt ze zich weleens af. Ze zucht. ‘Soms ben ik weer naïef en denk ik dat het wél anders kan. En dat we door moeten gaan.’

Grote omwenteling

Het ‘systeem’ komt ter sprake. Alles hangt met elkaar samen en zo houden de vervuilende bedrijven elkaar in stand, klinkt het aan tafel. Dat maakt het een moeilijke kwestie die ook nog eens draait om geld, winsten en dividend. ‘Verandering zou betekenen dat de CEO van een vervuilend bedrijf een inzicht moet krijgen en dwars door alles, wat de mens eigen is, heen zou moeten gaan om zaken te veranderen. Kijk naar al die industrieën, van Ahold tot Shell; ze moeten leveren voor de winst. En hoe kun je leveren? Als je je gang kunt gaan.’

Ze hoopt dat wat ze doet een bijdrage is aan een discussie of aan bewustwording. Want hoe krijgen we anders verandering voor elkaar? ‘Je moet het voordoen. Ik was jong in de jaren zeventig, tachtig, negentig. We hadden het toen over andere dingen. Als mens wil je onbezorgd opgroeien. Die totale verslaving aan vervuilende hobby’s moet afgelopen zijn. Dat zouden ouders hun kinderen moeten voordoen.’

Wat is haar conclusie? ‘Er is zo’n grote omwenteling nodig van wat we gewend zijn, dat is onvoorstelbaar moeilijk. Mensen leven van vakantie naar vakantie en daar zit heel veel consumentisme in. Op alle fronten zullen de stappen gigantisch zijn die teruggezet of anders gezet moeten worden.’ Dan komt het vuur weer bovendrijven: ‘Het nadenken over het alternatief voor hoe we leven is super interessant. Ik zou het geweldig vinden als ons land een soort voorbeeldland zou worden. Dat de overheid zegt: op zondag geen gemotoriseerd verkeer. Op maandag en woensdag: geen vlees proberen te eten. Laten we dingen verzinnen waardoor jonge mensen het normaal vinden om met zorg voor de planeet om te gaan.’

Alle doemscenario’s ten spijt durft Bénédicte Ficq te hopen op een betere wereld, die om weet te gaan met verandering. Hoe is ze in staat om de lichtpuntjes te blijven zien? ‘Ik ben van nature een optimist, dus ik kan ondanks alles genieten van het leven.’ •

The Optimist

The Optimist

The Optimist is een onafhankelijk opinietijdschrift over mensen en ideeën die de wereld veranderen.

Meer over The Optimist >

Reacties

Geef een reactie