Op 24 november 2011 werd de Egyptisch-Amerikaanse journaliste Mona Eltahawy, een uitgesproken voorstander van de revolutie, een steegje naast het Tahrirplein ingeduwd door mannen van de oproerpolitie. Ze werd er geslagen en aangerand. De mannen braken haar linkerarm en rechterhand. ‘De haat tegen vrouwen zit diep in de Egyptische maatschappij’, zou ze later schrijven in een veelbesproken opinieartikel over misogynie in de Arabische wereld, in het Amerikaanse tijdschrift Foreign Policy. Sinds de dag waarop ze aangevallen werd, is ze strijdbaarder dan ooit. Ze liet op haar armen twee tatoeages zetten: een plaatje van de straat van het voorval, en een beeltenis van de Egyptische godin Sekhmet, symbool voor oorlog, wraak en seks. Als journaliste en columniste laat ze geen moment ongebruikt om zich uit te spreken over de échte revolutie die in Egypte moet plaatsvinden. Zoals ze in gesprek met The Optimist zei: ‘We moeten de politieke revolutie mee naar huis nemen, om ook de Moebarak uit onze hoofden en slaapkamers te verwijderen. Zonder een sociale en seksuele revolutie zal de politieke revolutie falen.’ | Elleke Bal | www.monaeltahawy.com Foto: Jean-Pierre Jans / jeanpierrejans.nl
Het volledige artikel lezen?
Geen abonnee, maar wil je wel artikelen lezen? Geen probleem. Je kunt losse artikelen kopen via Uhmi. Uhmi is een nieuwe manier om snel en veilig te betalen voor artikelen en direct verder te lezen. Probeer het nu uit en krijg een euro gratis.
Schrijf je gratis in voor onze PositiefNieuwsBrief (1 tot 3 e-mails per week). Uitschrijven kun je ieder moment door op de unsubscribe-link te klikken die onderaan iedere mailing staat.
Wij gebruiken cookies om je de best mogelijke ervaring te geven. Meer informatie vind je op onze privacy pagina. Privacy & Cookies
Reacties